Het is al weer enkele dagen geleden dat het blog is bijgewerkt. Dat wordt op geheugen werken! Reden? Geen echte toegang tot internet, heel simpel. Vanuit Christchurch zijn we naar Dunedin gereden. Via Mount Hutt, Methven rijden we eerst naar Ashburton. We verbazen ons nu al over de alpen, zou nog wel beter worden volgens onze "gids". We stoppen geregeld onderweg (ook nu geldt: foto's volgen want op openbare pc's kun je geen usb-stick plaatsen en de laptop kan niet op internet worden aangesloten). 's Avonds worden we door Alan's broer Tony en zijn vrouw Karen meegenomen sightseeing Dunedin by night. Die stad ligt dus tegen een heuvel (berg?!) opgebouwd. We rijden de steepest street of the world op. Andre wil deze wel lopen... De tocht gaat verder langs de universiteit (inderdaad, het terrein op), langs prachtige straten, door de studentenwijk, kortom we krijgen Dunedin te zien zoals we het nooit gezien zouden hebben zonder deze excellente gidsen!
De volgende dag gaan we naar Otaga peninsula. De ene scherpe bocht na de andere levert het ene adembenemende uitzicht na het andere op. Bijna aan het eind gekomen slaan we af naar de Penguin place. Een gids vertelt ons eerst wat over de plek waar hij ons naartoe zal rijden en over het leven van de penguins, daarna gaan we met een bus op weg naar het reservaat. In tegenstelling tot de penguins op de noordpool leven deze beesten bijzonder afzonderlijk, niet in groepen, het is al een wonder als je er 2 tegelijk ziet. Dat was wel wat anders nadat we die film over de noordpoolpenguins gezien hadden! In het reservaat zijn een soort leghokken gebouwd. En een heleboel "loopgraven" waardoor je ze kunt zien... als je geluk hebt. Het is broedseizoen dus zitten de meeste "binnen" of zijn er gewoon niet. Maar toch wel een mooie aparte tocht. Vooral die 87 trappen... (volgens mij waren het er trouwens heel wat meer!!!). Daarna dachten we op albatrosjacht te gaan. Nee, het is broedseizoen en dan gaan er geen excursies, maar als je geluk hebt vliegt er eentje boven je hoofd. Dat geluk hadden we dus niet, we hadden in ieder geval ook niet het geduld om 'n uurtje of zo te wachten tot er eentje misschien over zou kunnen vliegen. Wel heel wat andere nestende vogels gezien. Ben de naam even vergeten en Marina drinkt nu een pilsje wachtend op mijn terugkeer van het internet"café".
We rijden verder via de kustroute naar Invercargill. Daar woont een tante van Alan en zijn we ook al welkom om te overnachten. Dacht even aan een schattig oud dametje van 70 maar Debbie blijkt even oud te zijn als ik. We zijn zeker welkom! We krijgen de mooiste kamers ensuite om in te slapen, er wordt eten gemaakt, wijn open getrokken... en om een uur of 2 komen de nachtbrakers ook een keertje slapen (sorry, was zelf bekaf om 10 uur het bed ingedoken). Bijzonder wakker verschijnt iedereen zo rond 9 uur aan het ontbijt (en wat voor een ontbijt, zeker als je bedenkt dat ze pas 1/2 uur voor aankomst wisten dat we zouden komen). Debbie en Barry: dankjewel!
Het is inmiddels woensdag. We rijden naar Te Anau waar we vrij vroeg in de middag aankomen. Vanaf het moment dat we in Christchurch zijn gestart zijn de oh's en ah's trouwens niet van de lucht geweest. Het is continu prachtig. De besneeuwde alpen zijn regelmatig in zicht, dan weer eens links, dan rechts, soms lijkt het alsof we er tegenaan gaan rijden, dan hebben we dat prachtige uitzicht ineens weer achter ons. De bedoeling is naar Milford Sound te gaan, maar dit is dus echt niet te doen. Minimaal nog eens 3 uur heen rijden, rondkijken en dan nog terug? Ook voor de volgende dag lijkt dit ons gekkenwerk. Dit staat dus op het to-do-lijstje voor 2010. Maar inmiddels hebben we ook uitgevonden dat je dit dus met een soort excursiebus kunt doen en dat bespaart jezelf heel wat rijwerk, stukken minder vermoeiend, dus dat onthouden we! Te Anau is een klein stadje met leuke winkeltjes en een super pizzeria. Het vakantiepark waar we staan is ronduit prachtig. Alle mogelijke faciliteiten, alleen deed internet het niet bepaald. Je kunt niet alles hebben ;-)
Vanmorgen zijn we dan eerst naar Queenstown gereden. We zouden daar in eerste instantie blijven overnachten... gelukkig kent Marina ons wel zo goed dat ze ons heel doelbewust alle hotels, motels en vakantieparken heeft laten zien (gewoon de weg afrijden en je ziet niets anders, vreselijk toeristisch) en dus zijn we maar snel doorgereden. In Arrowtown geluncht. Klein artistiek stadje wat wel beetje toeristisch wordt maar nog niet te erg. Vervolgens nog geprobeerd wat goud te vinden in de rivier maar anderen zijn ons (jaren geleden al?) voor geweest. Nou houd ik toch niet van goud, dus ach, zo erg was het dus ook niet dat we niks vonden.
We verblijven nu in Cromwell, gaan zo Oliver proberen te vinden. Misschien ook wel iets eetbaars. En drinkbaars. Het park staat een behoorlijk eind van het dorp af dus dat wordt toch even rijden, dus drinken zal wel meevallen (voor de bob althans). En aangezien de andere 2 van dit gezelschap al aan de pils zitten valt het niet moeilijk te bedenken wie die bob zal zijn...